Leer improviseren. 2004-2005. Les 05: verwantschap tussen toonaarden in graden.

Bij bladmuziek geeft men het aantal kruisen en mollen aan van de begintoonaard in majeur. Voor improvisatie moeten we dat uitbreiden met mineurtoonaarden. De tabel toont de graden van verwantschap tussen de toonaarden.

majeur toonaard C G D A E B F# F Bb Eb Ab Db Gb
aantal kruizen 0 1 2 3 4 5 5(6) 0 0 0 0 0 0
aantal mollen 0 0 0 0 0 0 0 1 2 3 4 5 5(6)

mineur toonaard Am Em Bm F#m C#m Abm Ebm Dm Gm Cm Fm Bbm D#m
aantal kruizen 1 2 3 3 3 4 0 1 1 0 0 0 5(6)
aantal mollen 0 0 0 0 0 0 4(5) 1 2 2 3 4 0

Het principe van kruisen en mollen is niet mooi voor de ladder van:
F# = f# g# a# b c# d# e# of Gb = gb ab bb ces db eb f
D#m = d# e# f# g# a# b cisis of Ebm = eb f gb ab bb ces d
De onderstreepte tonen zijn praktischer met de inconsequente aanduiding f, b en d.

Vanuit de begintoonaard C wordt vaak uitgeweken naar de toonaarden G, F of Am, omdat die toonladders slechts in 1 toon verschillen van die van C (zie tabel). Zijn 2 tonen verschillend dan is de overgang opvallender. Dat is het geval bij modulatie van C naar D, Bb, Em, Dm, of Cm (zie tabel).
Een modulatie wordt het duidelijkst bevestigd als de nieuwe toonaard begint met een toon die verschilt in beide toonaarden. We zullen als voorbeeld 8 toonaarden bekijken die hoogstens 2 tonen met C verschillen. Zie volgende tabel. In de 1ste kolom staan de toonaarden, in de 2e het aantal kruizen en mollen en in de volgende 3 kolommen de hoofdakkoorden met de tonen die erin zitten (samen de ladder). In de kolom 'ladderverschiltonen' is te zien welke tonen (zwarte toetsen) in een toonaard verschillen van die van C.

toonaard aantal # b grondakkoord dom.7 akk. subd.akk. ladderverschiltonen
C geen C=c+e+g G7=g+b+d+f F=f+a+c a b c d e f g
Am 1 # Am=a+c+e E7=e+g#+b+d Dm=d+f+a a b c d e f g#
G 1 # G=g+b+d D7=d+f#+a+c C=c+e+g a b c d e f# g
F 1 b F=f+a+c C7=c+e+g+bb Bb=bb+d+f a bb c d e f g
Dm 1# 1b Dm=d+f+a A7=a+c#+e+g Gm=g+bb+d a bb c# d e f g
D 2# D=d+f#+a A7=a+c#+e+g G=g+b+d a b c# d e f# g
Cm 2b Cm=c+eb+g G7=g+b+d+f Fm=f+ab+c ab b c d eb f g
Em 2# Em=e+g+b B7=b+d#+f#+a Am=a+c+e a b c d# e f# g

Bijv. bij modulatie van C naar Am is de verschiltoon g#. Die zit in E7.
Bij C en G is dat f#. Die zit in D7.
Bij C en F is dat bb. Die zit in C7 en in het Bb-akkoord.
Bij C en Dm zijn er 2 verschiltonen. De ene is c#. Die zit in A7. De andere is bb. Die zit in het Gm.

De vuistregel is om een toonaard binnen te komen op zijn dominantseptimeakkoord. In een geval als een modulatie van C naar Dm, waar ook het subdominant-akkoord (Gm) een ladderverschiltoon (bb) bevat, is ook dit akkoord geschikt als eerste akkoord.

C en Cm hebben dezelfde dominantseptime, zodat die de modulatie niet bevestigt. Geschikte eerste akkoorden zijn nu Cm en Fm, omdat beide een verschiltoon hebben (eb en ab).
HUISWERK:
Ga pas over tot het leren van een toonaard als je kunt werken met de vorige! Een studievolgorde van toonaarden kan zijn: C, Am, G, F, Dm, D, Cm, Em ...
<< Startpagina / Index van de cursus / Volgende pagina >