Leer improviseren. 2004-2005. Les 10: Sinterklaasliedjes.

Zie de [C] maan schijnt door de boomen
[G7] Makkers staakt uw wild ge[C]raas
't Heerlijk avondje is gekomen
[G7] 't Avondje van Sint Ni[C]klaas
Van ver[F]wachting klopt ons [C] hart
Wie de [G7] koek krijgt wie de [C] gard
[F] Van verwachting klopt ons [C] hart
Wie de [G7] koek krijgt wie de [C] gard.
Zie de maan schijnt door de bomen

Zie [C] ginds komt de [G7] stoomboot uit Spanje weer [C] aan
Hij brengt ons Sint [G7] Nikolaas, ik zie hem al [C] staan
Hoe [G7] huppelt zijn [C] paardje het [G7] dek op en neer
Hoe [C] waaien de wimpels al [G7] heen en al [C] weer.
Zie ginds komt de stoomboot

Hij [C] komt, hij komt, de [F] lieve goede [C] Sint
M'n [G7] beste vrind, uw [C] beste vrind de [D7] vrind van ieder [G7] kind
Mijn [C] hartje klopt, mijn [F] hartje klopt zo [C] blij
Wat [G7] brengt ie mij wat [C] brengt ie u wat [D7] brengt ie u en [G7] mij
Wie zoet was koek, wie stout was krijgt een roe
Hij [C] komt, hij komt, de [F] lieve [Co] goede [C] Sint
Mijn [G7] beste vrind, uw [C] beste vrind, de [G7] vrind van ieder [C] kind.
Hij komt, hij komt, de lieve goede Sint

[C] O, [G7] kom er eens [C] kijken
Wat ik [G7] in mijn [C] schoentje [G7] vind
[C] Al[G7]les ge[C]kregen van die [G7] goede [C] sint
Een [G7] pop met vlechten [C] in het haar
Een [G7] snoezig jurkje [C] kant en klaar
Drie [F] kaatsen[Co]ballen [C] in een [Am] net
Een [C] letter van ban[D7]ke[G7]het
[C] O [G7] kom er eens [C] kijken
Wat ik [G7] in mijn [C] schoentje [G7] vind
[C] Al[G7]les ge[C]kregen van die [G7] beste [C] sint.
O, kom er eens kijken

[C] Sinter[G7]klaas wordt jarig. [F] 'k Zet mijn [Co] schoen vast [C] klaar
[G7] Licht dat hij ze [C] vol[Am]doet [D7] met ja wist ik 't [G7] maar
Hier zet ik wat [C] haver [G7] en wat hooi voor 't [C] paard
Want dat [C+] trouwe [F] beestje [G7] is het heusch wel [C] waard.
Sinterklaas is jarig

[C] Daar wordt aan de deur geklopt [G7] hard geklopt [C] zacht geklopt
Daar wordt aan de deur geklopt [G7] wie mag dat [C] zijn
[G7] Wees niet be[C]vreesd mijn kind [G7] laat mij maar [C] in gezwind
Zie ik ook zo zwart als roet [G7] 'k meen het toch [C] goed.
Daar wordt aan de deur geklopt

Zoetjes [C] gaan de paarde[G7]voetjes trippel-trappel-trippel-[C]trap
't Is het paard van Sinter[G7]klaasje stippe-stappe-stippe-[C]stap
't Schimmel[F]tje draagt met ge[C]mak Sinter[G7]klaasjen over 't [C] dak
't Schimmel[F]tje draagt met ge[C]mak Sinter[G7]klaasjen over 't [C] dak.
Zoetjes gaan de paardenvoetjes

[G7] De zak van Sint Ni[C]klaas Sint Ni[G7]klaas Sint Ni[C]klaas
De [G7] zak van St Ni[C]klaas o jongens [G7] jongens 't is zo'n [C] baas
Daar [G7] stopt hij daar [C] stopt hij daar [G7] stopt hij blij van [C] zin
De [G7] hele de [C] hele de [D7] hele wereld [G7] in
De zak van sint Ni[C]klaas Sint Ni[G7]klaas Sint Ni[C]klaas
De [G7] zak van St Ni[C]klaas o jongens [G7] jongens 't is zo'n [C] baas.
De zak van Sinterklaas

[C] Sint Ni[G7]klaasje kom maar [C] binnen met je knecht
En we [G7] zitten allemaal [C] even recht
Mis[G7]schien heeft u wel [C] even tijd
Voor[G7]dat u weer naar [C] Spanje rijdt
Sint Ni[G7]klaasje kom maar [C] even bij ons aan
En laat uw [G7] schimmeltje maar buiten [C] staan
En we [G7] zingen en we springen en we [C] zijn zo blij
Want er [G7] zijn geen stoute [C] kinderen bij
En we [G7] zingen en we springen en we [C] zijn zo blij
Want er [G7] zijn geen stoute [C] kindren bij.
Sinterklaasje kom maar binnen met je knecht

Wees [C] welkom van[Am]daag in ons [C] midden
Ziet uw [Am] zetel [Dm] staat al [C] klaar
[E7] Welkom roept u vrolijk [Am] tegen
Heel de [D7] blijde kinder[G7]schaar
[Dm] 't Paard maar [F] in de stal ge[Dm7]bor[G7]gen
Daar zal [C] Pieter [Am] wel voor [G7] zor[C]gen
[C] Dag Sinterklaasje [F] da-ag [C] da-ag [G7] da-ag [C] da-ag
[D7] Zwarte [G7] Piet
[C] Dag Sinterklaasje [F] da-ag [C] da-ag
[F] luister [C] naar ons [G7] welkomst[C]lied.
Wees welkom vandaag in ons midden

Hoor de [C] wind waait door de boomen
Hier in [Dm] huis zelfs [G7] waait de [C] wind
Zou de goede St wel koomen nu hij 't [Dm] weer zoo [G7] leelijk [C] vindt
Nu hij 't [Dm] weer zoo [G7] leelijk [C] vindt
[Am] Ja hij rijdt in donkere nachten op zijn [C] paardje o zoo [G7] snel
Als hij [C] wist hoe zeer wij [Am] wachten
Ja ge[Dm]wis dan [G7] kwam hij [C] wel
Ja ge[Dm]wis dan [G7] kwam hij [C] wel
Hoor de wind waait door de boomen

Hoort wie stapt daar kinderen hoort wie klopt daar kinderen
[Dm] Hoort wie klopt daar [G7] zachtjes tegen 't [C] raam
't Is een vreemde zeker die verdwaald is zeker
[Dm] 'k Zal hem gauw eens vragen [G7] naar zijn [C] naam
Sint [F] Nikolaas Sint [C] Nikolaas
Breng [G7] ons vanavond [C] een be[C7]zoek
En [F] strooi [Fm] dan wat [C] lek[Am]kers
In [Dm] d'een of [G7] andere [C] hoek.
Hoort wie klopt daar kinderen

Wees [C] welkom van[F]daag in ons [C] midden. Zie uw [Am] zetel [Dm] staat al [C] klaar
[E7] Welkom roept u vrolijk[Am] tegen heel de [D7] blijde kinder[G7]schaar
[Dm] ‘t Paard maar in de stal ge[G7]borgen; daar zal [C] Pieter [Am] wel voor [G7] zor[C]gen
[C] Dag Sinterklaasje [F] daag [C] daag [G7] daag [C] daag [D7] Zwarte [G7] Piet
[C] Dag Sinterklaasje [F] daag [C] daag [G7] luister [C] naar ons [G7] welkomst[C]lied.
Wees welkom vandaag in ons midden
<< Startpagina / Index van de cursus / Volgende pagina >