Leer improviseren. 2004-2005. Les 17: akkoordenschema's geschikt voor improvisatie.

Improviseren wordt meestal gedaan volgens het akkoordenschema van een bestaande song. Niet ieder lied is daar even geschikt voor. Kunst heeft te maken met evenwicht, de gulden middenweg. Bij muziek kun je niet stellen: hoe sneller hoe beter, hoe luider hoe beter, hoe zachter hoe beter, maar ook niet: hoe complexer hoe beter. Dit geldt ook voor de mate waarin een akkoordenschema geschikt is om te gebruiken als uitgangspunt om op te improviseren.

Een en ander hangt af van de aard van de improvisatie en de bedrevenheid van de speler in die stijl. Soms komen mensen aandragen met een muziekstuk dat ze mooi vinden en willen dan daarop kunnen improviseren. Dat lukt lang niet altijd.

Op de eerste plaats moet van het stuk het onderliggende akkoordenschema worden gevonden. Soms is het zo samengesteld uit diverse stempartijen, dat je niet van een akkoordenschema kunt spreken, maar hoogstens van een harmonische onderstroom. Dit is het geval bij veel klassieke muziek.

Op de tweede plaats kunnen de modulaties zo ongewoon zijn, dat het maken van een melodie met een logische draad een bijzonder specialisme vereist. Ik wil dit buiten deze cursus houden, omdat ik er om didactische redenen een voorstander van ben bij de ontwikkeling van je muziekniveau de geschiedenis te volgen: voor klassieke stijl bij Mozart en co, voor jazz bij de blues. Ik vind het niet leuk als iemand twee jaar op mijn cursus zit en bij een feestje niet onvoorbereid 'Lang zal ie leven' kan begeleiden. Er zijn professionele jazz saxofonisten die niet kunnen meespelen in een dixieland band. Op die manier getuigt de complexheid van hun spel niet van een hoge ontwikkeling, maar van een beperkte.

Helemaal aan de ander kant staan de akkoordenschema's die te eenvoudig zijn en waarbij geen enkele modulatie voorkomt, zodat er nauwelijks sprake is van een harmonische stroom. Omdat het noodzakelijk is harmonische stroom als een automatisme te moeten aanvoelen, is het lastig die te leren als hij te weinig karakteristieke steunpunten biedt.

Het is niet voor niets dat 'jazz standards' populair zijn bij improvisators. Dat komt doordat die de gulden middenweg hebben aan complexiteit van hun akkoordenschema.
Hier volgen enkele voorbeelden:
  1. 'Toen onze mop een mopje was' is te eenvoudig. Klik om te horen / Klik voor schema
  2. Een blues met het schema C C C C7 F F7 C C G7 G7 C C heeft de eenvoudigste acceptabele complexheid, want de septime akkoorden bevredigen enigszins de behoefte aan modulatie. Klik om te horen
  3. 'I am gonna sit right down and write myself a letter' is populair om op te improviseren.
    Klik om te horen / Klik voor schema
  4. 'My foolish heart' is moeilijk om op te improviseren. Klik om te horen / Klik voor schema
  5. 'Morgengruss' van Schubert is een klassiek werk waarop je zou kunnen improviseren, als je eerst de harmonische stroom zou omzetten in akkoorden, maar dit bevredigt toch maar in beperkte mate. Klik om te horen / Klik voor schema

Voorbeelden van schemadelen die geschikt zijn voor improvisatie (begintoonaard C):
  1. C Am Dm G7 Klik om te horen
  2. C C7 F Fm (C G7 C) Klik om te horen
  3. C D7 G7 Klik om te horen
  4. C A7 D7 G7 Klik om te horen
  5. C E7 A7 D7 G7 Klik om te horen
Ook mineurakkoorden kunnen goed gebruikt worden, zoals in het nummer 'I am gonna sit right down'.
HUISWERK: Kies een song met een geschikt schema of maak zelf een schema en improviseer erop.
<< Startpagina / Index van de cursus / Volgende pagina >