Leer improviseren. 2004-2005. Les 24: oriëntatiepunten.

Ik hoor vaak dat mensen een lied wel kunnen spelen, maar dat zodra ze erop gaan improviseren zich niet meer aan het akkoordenschema kunnen houden, m.a.w. het lukt hen niet om op een gegeven lied te improviseren. De oorzaak is dat ze zich niet de tijd gunnen om het goed voor te bereiden. Om op een lied te kunnen improviseren moet je het veel beter kennen dan om het alleen maar te kunnen spelen. Bovendien moet je bepaalde dingen van de structuur van het lied analyseren. Het gaat vooral om de samenhang tussen melodie en akkoordenschema. Dit is een ingewikkelde zaak. Je kunt niet zo maar wat doen. De oorspronkelijke harmonische stroom moet gerespecteerd worden. Als ik een lied kan spelen duurt het nog maanden voordat ik er vrij op improviseren kan zonder het akkoordenschema kwijt te raken en zonder in onlogische melodische elementen te vervallen.

In die periode heb ik nog steunpunten nodig. Bepaalde karakteristieke stukken speel ik volgens de oorspronkelijke melodie en ik improviseer op de rest. Hoe beter ik het stuk ken, hoe minder van die oriëntatiepunten ik nodig heb. Het is niet moeilijk om die punten te vinden, want je loopt er vanzelf tegenaan als je probeert op het lied te improviseren. In het begin is bijna het hele lied een dergelijk punt, maar door steeds het lied te spelen en erop te improviseren, ga je vanzelf merken, waar je een ruggensteuntje nodig hebt. Meestal is het begin van een regel daar geschikt voor.

Als voorbeeld volgt hier het lied 'If you were the only girl (boy) in the world', waarmee ik pas begonnen ben zodat ik een aantal van die punten nodig heb.
Hoor het lied.

Ik heb de stukken onderstreept waarvan ik de oorspronkelijke melodie me goed bewust in het geheugen heb geprent, zo goed dat als ik mijn oriëntatie kwijt ben, ik die toch altijd terug zal kunnen vinden.

If [G] you were the [E7] only [A7] girl in the world
And [D7] I were the only [G] boy
Nothing else would [Gdim7] matter in the [Am] world today
[D7] We could go on [Daug] loving in the [G] same old way

A Garden of [E7] Eden [A7] just made for two
With [D7] nothing to mar our [G] joy
I would [Gdim7] say such [Bm] wonderful things to you
[Am] There would [D7] be such [G7] wonderful things to [E7] do
If [F] you were the [Gdim7] only [G] girl in the [E7] world
And [A7] I were the [D7] only [G] boy.

Van het gedeelte na een onderstreping en tot de volgende moet het aantal maten wel blijven kloppen en in grote lijnen de akkoorden, maar de melodie kan helemaal anders zijn. Wel moet de melodie blijven passen in de lopende toonaard, maar als je muzikaal bent voel je dat wel aan. Hoogstens maak je vergissingen maar die zullen steeds minder voorkomen naarmate je vaker op het lied hebt geïmproviseerd.
Hoor wat ik bedoel.

Doordat je het lied niet steeds in zijn oorspronkelijke vorm speelt, kun je het ook volhouden om het zeer vaak te spelen. Iedere keer verzin je er andere melodieën bij en ze zijn de mooiste die er zijn, want het is steeds je eerste keuze van dat moment.
Hoor wat ik bedoel.

Het lied 'Its a long way to Tipperary' ken ik zo lang dat ik geen oriëntatiepunten meer nodig heb. Ik zal het gewoon spelen en daarna erop improviseren zonder oriëntatiepunten.
Klik om het te horen.


HUISWERK: Kies een lied uit waarop je wilt gaan improviseren (niet te moeilijk en niet te saai; zie les 17 van 2004/2005). Transponeer het akkoordenschema daarvan naar de toonaard waarin je je het beste thuis voelt. Leer het lied spelen en ga vervolgens oriëntatiepunten bepalen. Kijk die goed aan en leer ze uit het hoofd op een zodanige manier dat je ze altijd meteen kunt vinden voor noodgevallen (het is ook nuttig voor optreden in publiek om dergelijke oriëntatiepunten te hebben). Speel het vaak en ga van de oriëntatiepunten in de loop van de maanden steeds kortere stukjes gebruiken, totdat je ze helemaal niet meer nodig hebt. Dan heb je de top voor dit lied bereikt.
<< Startpagina / Index van de cursus / Volgende pagina >