Leer improviseren. 2003-2004.
Les 19: overgangsakkoorden en tweede stem.

Toen ik mijn eerste gitaarakkoorden leerde, moest ik met mijn rechterhand mijn linker helpen om de grepen te pakken en bij de overgang van het ene naar het andere akkoord verplaatste ik vinger voor vinger. Ik ontdekte prachtige overgangsakkoorden. Eigenlijk is iedere tussengreep mooi, want hij werkt op een natuurlijke manier naar een oplossing in het nieuwe akkoord. Luister hoe C overgaat naar G7 en F (g-c-e > g-c-f > g-b-f en g-c-e > g-c-f > a-c-f):
overgang van akkoord C naar akkoord F.
overgang van akkoord C naar akkoord G7.
Het doet een beetje denken aan de manier waarop Bach zijn stemmen polifonisch in elkaar laat overgaan. Dit kan bij improviseren gebruikt worden, enerzijds om mooie akkoorden en overgangen te ontdekken, maar ook om (naar het voorbeeld van Bach) er een tweede stem uit af te leiden.

In les 13 over baslijntjes in akkoordenschema's is gewezen op afzakkertjes en oplopertjes. Die zijn ook een eenvoudige vorm van een tweede stem. Bij voorkeur laten we die een tegenmelodie vormen, dus als de rechterhand stijgt, laten we de linker dalen.

Bij het improviseren kunnen we voor een tweede stem gebruik maken van de kennis van akkoorden. Van de tonen van ieder akkoord in de linkerhand kunnen we er één benadrukken. Zo ontstaat er een melodie uit.
akkoorden en alleen een benadrukte toon uit de akkoorden.

Als we van de opeenvolgende akkoorden er juist die tonen uitpikken die dezelfde kant uitgaan, ontstaat al een tweede stem die stijgend of dalend is. Op soortgelijke wijze kan iedere soort melodie gemaakt worden, dus ook één die niet alleen stijgend is of dalend, maar een willekeurige beweging maakt. Liefst moet die beweging een begrijpelijke structuur hebben. Stijgend of dalend is gemakkelijk te beschrijven, andere structuren niet, maar het is wel fijn als ze er zijn, bijvoorbeeld een soort paradepas of waggelgang. Het is extra fijn als het niet alleen maar ervaren wordt als zomaar wat noten, maar als men er enige structuur in voelt.
tweede stem lijntjes met enige structuur.

De volgende stap is om die tonen welke we uit het akkoord hebben gepikt om de bevoorrechte positie te bekleden extra benadrukt te mogen worden, in te leiden met een toon, bijvoorbeeld een voorslag, of zelfs met enkele tonen, zodat er een echte melodie ontstaat in de begeleiding.
benadrukte akkoordtonen met enige inleiding.

Net als bij de in les 13 besproken baslijntjes geldt ook hier dat er bepaalde tonen zijn waaraan hogere eisen worden gesteld dan aan andere. De inleidende tonen zijn minder kritisch dan de benadrukte akkoordtonen waar naar toe gewerkt wordt.

Het is niet gek om een aantal van die tweede stem lijntjes op je gemak uit te zoeken voor akkoordovergangen die veel voorkomen. Afhankelijk van de spelstijl en voor een bepaalde begintoonaard zullen er een beperkt aantal akkoordovergangen zijn die veel voorkomen. Door hiervoor tweede stem lijntjes uit te zoeken, krijg je na verloop van tijd een hele bibliotheek van standaard lijntjes die je op allerlei manieren kunt gebruiken en afwisselen.
Als het akkoordenschema niet bindend is vastgelegd, is er nog een andere benadering mogelijk. We kunnen één toon uit een akkoord veranderen (altereren), bijvoorbeeld met een enkele toetsstap. Het nieuwe akkoord dat ontstaat heeft een grote kans niet te behoren tot een standaard akkoord dat een gemakkelijke naam heeft. Maar het is niet nodig dat te weten.

In de les speelde iemand na elkaar de akkoorden: Cm (in de ligging g-c-eb) en Ab (in de ligging g#-c-eb), maar hij had Ab beschouwd als Cm met een gealtereerde (zo maar even verhoogde) toon g.
schema Cm Ab Cm G7 Cm.

Deze benadering werkt bij improviseren doeltreffend. Het is snel, verrassend en toch kan de grote lijn gemakkelijk vast gehouden worden. Er is een nieuwe situatie ontstaan die om een oplossing vraagt. Die kan op twee manieren gegeven worden, namelijk door domweg terug te gaan naar het vorige akkoord, of door je te laten inspireren tot een verder avontuur. Het klinkt niet waarschijnlijk, maar toch zal vaak blijken dat het vinden van zo'n avontuurlijke oplossing best meevalt.
HUISWERK:
Experimenteer met overgangsakkoorden, tweede stem en alteraties.
<< Startpagina / Index van de cursus / Volgende pagina >